ING Bank heeft misselijkmakende leugens, verzinsels, onbegrijpelijke stellingen en tegenstrijdige standpunten geponeerd in een aantal procedures, welke procedures het echtpaar Hofs in de afgelopen jaren tegen haar heeft gevoerd en welke nog voortduren.

Daarbij is van belang, dat het echtpaar mede daardoor vele foutieve vonnissen en arresten ten deel zijn gevallen, dit met grote en onomkeerbare gevolgen, waardoor zij tot de bedelstaf zijn gebracht en zijn opgezadeld met enorme schulden. De betreffende magistraten hebben in hun uitspraken met name hun oren laten hangen naar hetgeen zijdens ING te berde is gebracht en de bewijsvoering zijdens het echtpaar vrijwel geheel genegeerd. Aannemelijk is, dat rechters er over het algemeen zondemeer vanuit gaan, dat een partij als een grote bank haar zaakjes wel goed voor elkaar zal hebben en dat de door haar ingehuurde dure advocaten (in de onderhavige zaken van DLA Piper, een groot en gerenommeerd advocatenkantoor) wel van de hoed en de rand zullen weten. Kernpunten van de rechters in deze: luiheid, gemakzucht, desinteresse, partijdigheid, werkbesparing, het schenden van de partijautonomie, etc. Het kan m.i. zelfs zo zijn, dat er tussen ING en de betreffende rechters contacten hebben plaatsgevonden, die het daglicht niet kunnen velen, waaromtrent ik echter geen keiharde bewijzen heb kunnen vinden en mijn vermoedens dus voor mij zal houden.

Wel heeft één van de managers van ING te Amsterdam van de afdeling DCR/Recovery, zijnde de heer C.E. Goosmann, in een gesprek d.d. 5 maart 2008 tegen mij en mijn zoon Raymond gezegd, dat we konden procederen wat we wilden, maar dat ING altijd won, hetgeen inderdaad bewaarheid is. Later zal ik uitgebreid verwoorden hetgeen deze “heer” Goosmann in een telefoongesprek d.d. 14 november 2014 allemaal tegen mij heeft gezegd, hetgeen te schandalig voor woorden is. Het gesprek is opgenomen, zodat ING daaromtrent niets kan ontkennen en evenmin over smaad kan spreken.

Op deze website zal ik telkens één onderwerp in deze aansnijden, waarbij ik tot in de finesses de wantoestanden zowel zijdens ING als de rechterlijke macht uit de doeken zal doen. In separate essays zal ik te zijner tijd bovendien de door het onvoorstelbare broddelwerk van meerdere magistraten, waaronder ook een A.G. van de Hoge Raad, ontstane zeer spraakmakende nieuwe jurisprudentie voor het voetlicht brengen, waar met name de advocatuur voortaan rekening mee dient te houden. Ook zullen door de uitspraken van de rechterlijke macht wetsartikelen moeten komen te vervallen dan wel aangepast moeten worden.

Leest en huivert !!